Kernen van Geldermalsen

Meteren

Twee kastelen

Een "curtis de Meteren"" wordt in 1265 vermeld (Sloet, Orkondenb., blz. 861). In 1267 behoorde Meteren waarschijnlijk onder Malsen, het tegenwoordige Geldermalsen. Er wordt wel beweerd, dat het daarmee automatisch toebehoorde aan de Graaf van Bentheim. Dit laatste valt echter te betwijfelen. De Bentheims hadden er wel een hof, maar er heeft aan de Blankertseweg, in hetzelfde blok land "'t negentig morgen", nog een tweede kasteel gestaan. Dit is te zien op een tiendkaart van Meteren van het kapittel van St. Marie te Utrecht uit 1714. Details van deze kaart, waarop beide kastelen goed te zien zijn, zijn afgedrukt in het boek van G. Hamoen (350 jaar Meteren en Est, 1974).


Het grootste kasteel heeft toebehoord aan het geslacht Van Kuyc (later Van Cuyck van Meteren) en de volgende Heren van Meteren. Het is in de periode 1766-1769 geheel herbouwd door Albrecht Nicolaas van Aerssen Beyeren, in 1892 verkocht en ingericht als herstellingsoord en in 1907 geheel gesloopt. Het was een door een gracht omgeven vierkant gebouw met een ruime voorhof, stalling, koets- en tuinmanshuizen. Verder was het omgeven met fraaie dreven, tuinen en beplanting.


De Heren van Meteren

Omtrent de herkomst van het wapen van Meteren bestaan verschillende versies. Er wordt wel beweerd, dat het zou gaan om het familiewapen van een al zeer oude familie Van Meteren. Daarbij wordt verwezen naar het gegeven, dat ene Elias van Meteren op 12 november 1313 "tien hondt lands" verkocht ten behoeve van de bouw van een kerk te Meteren. Ook wordt gedacht aan een relatie tussen dit wapen en één van de Heren van Meteren zoals daar waren de Graaf van Gelre, de Graven van Cuyck, Albrecht Nicolaas van Aerssen Beyeren, Cornelis van Aerssen (van deze Heer van Meteren en zijn vrouw Maria Pauw kan het alliantiewapen in de N.H. kerk worden aangetroffen) of C.A. van Barneveld.


Het geslacht Van Cuyck van Meteren

Door de Hoge Raad van Adel wordt dit laatste echter tegengesproken. Eerder moet worden gedacht aan het hiervoor reeds genoemde geslacht Van Cuyck van Meteren. Johanna, erfzuster van Kuyc, vrouwe van Cuyk, Grave, Est en Meteren, stierf ongehuwd en kinderloos. Haar Meterense goederen gingen over op haar zuster Elisabeth, gehuwd met Jan van Tiel (Eyll), ook Jan van Meteren genaamd (dus toch alsnog een familie Van Meteren ?!). Uit dit huwelijk is hoogstwaarschijnlijk het geslacht Van Cuyck van Meteren (ook: Van Meteren) ontstaan. Dit geslacht had de Heerlijkheid Meteren in bezit van circa 1450 tot 1694.



Deze pagina is mogelijk gemaakt door de inbreng van: Gemeente Geldermalsen