Kernen van Geldermalsen


De Cocq of Van Tuyll?

Laten we bij het begin beginnen. In 1265 deed Rudolf de Cocq afstand van zijn bezittingen tussen Beesd en Leerdam, waaronder "die borch tot Renoy". Het geslacht De Cocq, met het Châtillonwapen (zie Het wapen van Beesd), blijkt eigenlijk de oudste rechten te hebben. Eén van de aftakkingen van dit geslacht heette (De Cocq) van Haeften, met eveneens het Châtillonwapen. Het is mogelijk (maar niet bewezen) dat hieruit een geslacht Van Haeften van Rhenoy is voortgekomen.


In ieder geval is de naam Van Haeften verbonden geweest aan het kasteel Oudenborch of -burch te Rhenoy. Ene Gijsbert van Haeften was er in het begin van de 15e eeuw kastelein voor de graaf van Gelre. Via zijn dochter Clara vererfde het kasteel in 1516 op de kinderen van Gijsbert van Tuyll van Bulckestein (Deil). Deze Gijsbert was namelijk getrouwd met een dochter van Clara. U ziet, het geslacht Van Tuyll is wel aan Rhenoy verbonden geweest, maar pas veel later dan het geslacht De Cocq en de aftakking Van Haeften.


Een fantasiewapen

Plaatselijk historisch geïnteresseerden wijzen op een kaart uit 1761 "van de Graafschappen Buuren en Culenburg, de aangrenzende oude abdy van Marienwaard het ampt van Beest en Renoy met de Baronnie van Ackoy, alle boven den diefdyk gelegen en meetkundig opgenomen. Waar by, tot meeder nut gevoegt zijn de Vijf Heeren Landen etc. etc." . Op deze kaart zien we drie engelen met het wapen van achtereenvolgens Marienwaard (van de familie Van Kuyk/Cuyk, overgegaan op de abdij Marinweerd en daarna op de Heerlijkheid Mariënwaerdt), Beest (het oorspronkelijke Châtillonwapen) en Renoy. Dit wat onduidelijke wapen toont een sterrenhemel met daaronder een lam (Rhen-ooi). Het is echter nooit officieel voor Rhenoy bevestigd en waarschijnlijk moet het worden gezien als een fantasiewapen omdat een eigen wapen ontbrak. De heraldiek kent wel meer van dit soort wapens.


Andere geslachten

Werd hiervoor al gesproken over de mogelijke aanwezigheid van een geslacht Van Haeften van Renoy, het is zeker dat er wel een geslacht Van Beest van Rhenoy heeft bestaan. Dit is waarschijnlijk een aftakking van het geslacht Van Beest hetgeen ook het Châtillonwapen voerde (aannemelijk is een relatie De Cocq - Van Beest). In 1992 is door een detector-amateur in Rhenoy een lakstempel gevonden. Het randschrift van dat stempel meldt: SIG IAN (Jan) VAN BEEST en het wapen blijkt het bekende Châtillonwapen met de drie palen van vair en een schildhoofd met een lelie. Van het geslacht Van Beest van Rhenoy is geen eigen wapen bekend.


Tenslotte was er dan nog het geslacht (Van) Renoy. Hierover vermeldt het blad De Navorser 43 Geslacht en Wapenkunde (1893), blz. 157: "Deze familie schijnt in generlei betrekking te staan tot de heerlijkheid, het ambt of de ambtmannie van Beest en Renoy". Dhr. Smallegange zegt in zijn beschrijving van Zeelandse geslachten: "quam uit Brabant".


Gevoerd werd een wapen in rood drie gouden banden. In het blad De Nederlandsche Leeuw nr. 100, 1943, pgn. XXII, wordt gesproken over een echtpaar De Renoy x Lilaar (circa 1715) wat hetzelfde wapen voerde. Smallegange zegt van Renoy onder de Zeeuwsche geslachten: "vele uitheemsche, die er een korte tijd verblijf gehouden, ambten gekleed hebben, of met inlandsche vermaagschapt of er gegoed waren". De enige bekende Renoy's die dicht bij Rhenoy hebben gewoond waren mr. Geerit van Renoy, Heer van Spijck, en rekenmeester van Karel V en zijn zoon Gerit van Renoy, ook Heer van Spijck (De Navorscher 41, 1891, blz. 313). Enigerlei relatie met het gelijknamige dorp is niet aantoonbaar.


Resterende vragen

Als dorpswapen van Rhenoy zijn zowel het wapen Renoy als het "fantasiewapen" niet geschikt. Daarmee wordt de keuze beperkt tot twee, het Châtillonwapen (De Cocq) van Beest en het wapen Van Tuyll. Waarom het gemeentebestuur jaren geleden heeft besloten laatstgenoemd wapen als dat van Rhenoy te beschouwen is niet bekend. Mogelijk dat men een duidelijk onderscheid wilde met het wapen van Beesd. Ook vragen t.a.v. de uitvoering blijven onbeantwoord. De omschrijving van het wapen van Rhenoy luidt: in een veld van zilver, drie brakke koppen in zwart met een kroontje van goud. Vanwaar deze kleurencombinatie? In Deil voerde het geslacht Van Tuyll "in zilver drie rode brakke koppen", terwijl de Zeeuwse plaatsen Serooskerke (Schouwen en Walcheren) een uitvoering "in blauw drie brakke koppen van goud" kenden. Tenslotte moeten we deze beschrijving ook eindigen met een vraag: waar komt het gouden kroontje vandaan?


Deze pagina is mogelijk gemaakt door de inbreng van: Gemeente Geldermalsen